Valentin, een berooide zwerver, zoekt zijn fortuin in de door ratten geteisterde stad. Toevallig heeft meester Argus, de grote tovenaar van het land en raadgever van de koningin, een leerling nodig. Valentin is er zeker van dat magie iets voor hem is. Hoewel zijn verbazingwekkende talent wordt onthuld tijdens de test, wordt hij misleid door Katrina, de enige concurrent, en krijgt hij de baan niet. In plaats daarvan vindt hij onderdak in de apotheek van oude meester Zacharias. Door een vreselijke, zelf veroorzaakte tegenslag werkt hij echter niet meer op magische wijze en leert hij Valentin voorlopig alleen de geheimen van kruidenkunde en medicijnen. Omdat hij hier erg ontevreden over is, gaat Valentin zelf aan de slag om magie te leren. Beginnend met de rattenplaag die van de ene op de andere dag opduikt en weer verdwijnt, ontdekt hij een reeks geheimen die allemaal op wonderbaarlijke wijze met elkaar verbonden zijn.